Spring naar inhoud

Toezicht stijgt naar grotere hoogte

Bij de Omgevingsdienst Groningen zijn vier toezichthouders speciaal opgeleid voor het vliegen met een drone. Hiermee beschikt de ODG over een instrument waarmee de mogelijkheden voor het houden van toezicht is uitgebreid met een modern technologisch middel. Drone piloten en toezichthouders Jacco de Maat, Mark Verburg en Arnold Veenstra vertellen over hoe zij drones inzetten bij toezicht.

Foto: Dronepiloten en toezichthouders Mark Verburg en Jacco de Maat aan het werk met de drone.

Efficiënter werken

De drone wordt onder andere ingezet bij bodem- en milieutoezicht, zoals bij het toezicht op afvalbedrijven. Door het inzetten van drones kunnen we nog efficiënter werken doordat wij een situatie vollediger in beeld krijgen. Jacco: "We kunnen met de drone heel goed een actueel beeld van een terrein vastleggen. Het kan zijn dat er meerdere afvalstoffen achter elkaar liggen opgeslagen of dat er opslagen zijn verplaatst. Dit is niet altijd goed te zien vanaf de grond, maar vanuit de lucht wordt dit wel zichtbaar. Moeilijk of niet te bereiken plaatsen, zoals een schoorsteen op een dak of een grondverschuiving, kunnen we met de drone toch goed in beeld brengen. Ook krijgen we tijdens grotere projecten meer inzicht in de vorderingen, simpelweg omdat we vaker vanuit de lucht kunnen bekijken wat de status is."

3D-modellen

Mark: "Met de drone is het ook mogelijk om 3D-modellen te maken. Hiermee kunnen we opslagen en objecten nóg nauwkeuriger bekijken. Je meet zo namelijk niet alleen de oppervlakte of hoogte, maar ook het volume. Zo kunnen we bijvoorbeeld, ook in het belang van het bedrijf, beoordelen of er aan de toegestane maximale opslaghoeveelheid is gehouden. Of kan de omvang van bijvoorbeeld een partij grond gecontroleerd worden, door de gegevens van de drone te vergelijken met de opgegeven hoeveelheid.”

Vliegen volgens de regels

Het vliegen met een drone is in Nederland aan strikte voorwaarden gebonden en ook privacy is een belangrijk aspect bij het gebruik van drones. Zo moet er sprake zijn van gerichte controle en worden niet-relevante camerabeelden gewist. Om de privacy van betrokkenen te beschermen is er een DPIA (Data Protection Impact Assessment) opgesteld. “Dat is een garantie dat wij verantwoord omgaan met de persoonsgegevens die we met de drone hebben verzameld”, aldus Mark.

Arnold: "Met een drone mag je ook niet zomaar overal vliegen. In verband met veiligheid van mensen en installaties op de grond, maar ook in de lucht zijn er diverse restricties. Op dit moment vliegen we met de drone in de Open A2 categorie. Daarbij moeten we rekening houden met de verschillende no-fly zones die verspreid over de hele provincie Groningen zijn aangewezen. De piloten worden aanvullend opgeleid en er wordt toegewerkt naar een vergunning voor het vliegen in de Specific categorie. Daarmee mag ook in meer risicovollere omstandigheden en bepaalde no-fly zones worden gevlogen."